Met de aanstaande pensionering van Jan Moonen is begin 2012 een verandertraject in gang gezet. Zo is een nieuwe weg ingeslagen door de herverdeling van de werkzaamheden naar de voormannen en de projectleiders en heeft ook iedereen meer taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden gekregen. Alles om een goede communicatie tussen voorman en projectleider, èn klant te kunnen waarborgen.
Ruim twee jaar na de eerste aanzet spreken we met twee betrokkenen en maken we een eerste balans op.
Mario Giesen, projectleider en Michael Henricussen, voorman onderbreken hun wekelijks overleg op de locatie bij de klant om hun ervaringen te delen.
Mario neem het initiatief en legt eerst uit hoe de situatie voorheen was: ‘De verandering is geleidelijk in gang gezet. Als projectleiders waren we voornamelijk ‘binnen’ bezig en Rob en Jan Moonen verzorgden de communicatie met de klant en de voormannen. Nu zijn de projectleiders veel meer buiten op de bouw en hebben we veel meer verantwoordelijkheden en worden de voormannen al in een veel vroeger stadium bij de bouw betrokken. We maken wekelijks de planning tot in detail en bespreken deze met de voormannen. Op maandag, woensdag en vrijdag zijn onze ‘projectdagen’ waarbij de projectleiders op de bouw de voortgang en details bespreken met de voormannen op de bouw’.
‘Deze werkwijze is minder foutgevoelig en op de bouw kan ik aanpassingen direct met Mario bespreken’, vult Michael aan. ‘Door de intensieve communicatie is er veel minder ruis’.
Op de vraag of ze de druk van de grotere verantwoordelijkheid als last zien antwoorden beiden stellig met neen. ‘Wij voormannen hebben de afgelopen tijd training gehad’, vervolgd Michael. ‘Daarbij hebben we niet alleen kennis van nieuwe technieken opgedaan, maar hebben we ook geleerd met planningen te werken en nog beter bestekken te lezen en te interpreteren. Samen met onze ervaring uit de praktijk vormen we met de projectleider een goed team’.
Dat beiden dezelfde taal spreken en goed op elkaar ingespeeld zijn blijkt bij het observeren van hun bespreking vooraf. Daarbij is het Michael die de vervanging van een radiator aanhaalt met het oog op de functionaliteit en het eindresultaat. Opties worden besproken en al snel wordt geconcludeerd dat Mario er notitie van maakt om de optionele wijziging met de klant te bespreken.
Op de vraag of dit vaak voorkomt legt Mario uit dat de meeste wijzigingen tijdens de bouw toch wel van de klant zelf komen. ‘Op tekening kunnen ze vaak geen voorstelling maken van sommige details. Die worden tijdens de bouw duidelijk en dan maakt de klant soms een andere keuze’, zegt Mario. ‘Ook komt het voor dat de tekeningen van de architect niet helemaal duidelijk zijn en dan bespreken we de opties met projectleider en de klant’, zegt Michael. Op de vraag wie er vaker hun zin krijgen, de projectleider of de voorman kijken beiden me verbaast aan. ‘Daar zijn we absoluut niet mee bezig’, zegt Mario en Michael knikt daarbij eenstemmig. ‘We komen er altijd samen in goede harmonie uit. Bij de beste oplossing maakt het niet uit van wie die komt’, legt hij uit.
Jan Moonen is weliswaar op pensioengerechtigde leeftijd, maar is nog dagelijks als voorman, met een eigen project, op de bouw te vinden. Ook als hij op een ander project komt wordt hij zeker nog om advies gevraagd. ‘Jan was vroeger als hoofduitvoerder autonoom in zijn handelen en is niet gewend aan de nieuwe werkwijze van overleg en communicatie’, zegt Mario. ‘Dat wil nu wel eens botsen als Jan op de bouw komt en dan meteen de regie overneemt’, vult Michael aan.
De nieuwe manier van werken heeft zijn weerslag op iedereen, maar is dat ook merkbaar op de bouw bij de andere medewerkers? ‘Heel duidelijk’, zegt Michael. ‘Luister maar, Wim (Wensink) fluit, dan is ie lekker bezig’. ‘We werken nu gestructureerder en er zijn duidelijke communicatielijnen’. ‘Daarnaast leren we steeds betere, scherpere en vooral realistischere offertes te maken omdat we veel meer op de bouw zijn en leren van de details in de praktijk. Al met al komt dat de kwaliteit en het eindresultaat ten goede’, zegt Mario.
Natuurlijk zijn er ook nog verbeterpunten. Zo noemt Michael het beter vastleggen van de keuzes van de klant door onderaannemers en de communicatie terug naar Moonen. ‘Het is voorgekomen dat een klant bij een leverancier bijvoorbeeld een ander toilet kiest dan vooraf voorzien. Als we er dan pas bij levering achter komen dat er ook een stroomvoorziening voor nodig is die voorhanden is, hebben we een probleem’. ‘Maar ook dat lossen we op’, valt Mario bij. ‘Dat is toch de flexibiliteit van Moonen Bouw’.
Sorry, reageren is niet meer mogelijk.